Hans en grietje zaten thuis met hun ouders. Toen hun vader ineens zei gaan jullie mee naar het bos? Het was een onrustige dag geweest en ze hadden er geen goed gevoel bij.. Maar ze gingen toch met hun vader mee, omdat ze zich er niet fijn bij voelde hadden ze een pad in het bos achter gelaten van broodkruimels. Dit deden ze om de weg terug te kunnen vinden.

Hun gevoel klopte hun vader ging niet voor de leuk met ze naar het bos, maar om ze daar voor goed achter te laten. Hun vader liet ze achter in het donkere koude bos. En ze moesten daar de nacht doorbrengen. Samen probeerde ze elkaar warm te houden maar slapen dat kwam er niet van. Het was zo koud en ze vonden het te eng om ook maar één oog dicht te doen.

De volgende ochtend toen de zon weer opkwam, gingen ze op pad. Kijken of de broodkruimels er nog lagen. Maar nee, ze waren weg. Hans en grietje hadden er niet bij nagedacht dat vogels de kruimels op zouden eten.. Ze wisten dus absoluut niet waar ze heen moesten. Maar toch gingen ze op pad om een weg te vinden. Ze liepen door het bos zonder enig idee waar ze heen zouden moeten. Ze waren echt hulpeloos.. Grietje begon te huilen en zei: ‘hans wat moeten we nou, ik weet het echt niet.. hoe gaan we hier nog dagen overleven zonder eten’. Waarop hans reageerde ‘ik weet het echt niet grietje..’ maar toen zegt hans ineens: ‘grietje kijk nou! Daar ja daar! Zie je dat een huisje!’ grietje:’ hans! Misschien zijn daar mensen die ons kunnen helpen, kom we gaan er heen!’.

Ze liepen er heen en zagen dat het huis van snoepjes was gemaakt. Ze werden enthousiast en riepen tegelijk ‘SNOEP!!’.  Ze rende erheen en begonnen aan het huisje te eten. Ze waren uitgehongerd. Toen kwam daar ineens een mevrouw naar buiten die zei ‘knibbel knabbel knuisje, wie knabbelt er mijn huisje’. Waarop ze antwoorden ‘het is de wind de wind die het huisje zo heerlijk vindt!’.

De vrouw vroeg of ze mee naar binnen wouden. Ze vertelde dat daar nog mee eten was en dat ze mochten eten tot dat ze niet meer konden.. Dat beviel ze wel en gingen mee naar binnen. Daar binnen alleen maar lekker eten, hans en grietje waren volop aan het genieten.

Ze waren uitgegeten en zaten helemaal vol. Op de bank waren ze aan het uitbuiken van het heerlijke eten dat ze hadden gehad. Toen de vrouw weer binnen kwam en zei: ‘hebben jullie nog een plekje over voor een overheerlijk toetje wat in tuin klaar staan?’ waarop hans en grietje antwoorden: ‘JAAAAA’ en ze rende naar buiten. Daar stond een ketel en ze keken elkaar heel verbaasd aan.. Toen de vrouw weer naar buiten kwam, en zei het was niet zo lief van jullie hé, om mijn huisje kaal te eten.. Hans en grietje raakte iets in paniek maar lieten dit niet merken. De vrouw zei: ‘jullie zullen hiervoor moeten boete’. Ze tilde ze op en gooide ze in de ketel waar al een lekker heet prutje inzat. Tijdens het gooien riep ze nog: ‘DIT IS JULLIE BOETE! NIEMAND ZAL OOIT VAN MIJN HUISJE ETEN ZONDER DAAR HET LEVEN VOOR HOEVEN TE BETALEN!!’. Ze grinnikte en genoot van het pijnlijden van hans en grietje.

Einde

 Annelieke Gijsbers & Sara Vredenburg h4D